Europa’s meest westelijke hoofdstad en de enige die gelegen is aan de Atlantische Oceaan: Lissabon! Wij combineerden een bezoek aan de Portugese hoofdstad met een bezoek aan Porto. Een kleine week hadden we uitgetrokken om dit pareltje en de omgeving te ontdekken.
Met iets meer dan een half miljoen inwoners is Lissabon een eerder kleine stad. Je zou dan denken als toerist dat er niet zo veel te beleven valt, maar niets is minder waar. De gezelligheid druipt van de stad af en de mooie plekjes zijn niet op één hand te tellen. Door de beperkte schaal is de stad wel prima te voet te verkennen, al moet je rekening houden met hoogteverschillen. Het centrum ligt namelijk in een dal, ingeklemd door heuvels aan weerszijden. Je kan ze echter niet overslaan aangezien daar heel wat te zien is.
De Avenida da Liberdade kan je beschouwen als de Champs-Elysées van Lissabon als we er dan toch een vergelijking van moeten maken. De groene en zeer wandelbare laan verbindt het centrum van de stad met het hoger gelegen Parque Eduardo VII van waar je een prachtig uitzicht hebt over het dal en de omliggende heuvels. In de verte zie je de Taag. In de buurt van het park, op de heuvel, vind je de Jardim da Fundação Calouste Gulbenkian, een bijzonder gezellig park met watervalletjes, dichtbegroeid met bamboe.
Verder naar het centrum toe kom je op de Praça Dom Pedro IV uit, een van de centrale pleinen in de stad. Loop je nog verder richting Taag, dan kom je vanzelf op het Praça do Comércio uit, het beroemde plein aan de Taag dat je op veel foto’s ziet terugkomen. Vanaf dit plein zijn in de verte de Ponte 25 de Abril, een kleinere kopie van de Golden Gate Bridge in San Francisco, en de Cristo Rei te zien, een Christusbeeld dat aan het exemplaar van Rio de Janeiro doet denken. Het plein bruist, ook ‘s avonds, en hier rondhangen met de ondergaande zon is een mooie afsluiter van een dag Lissabon.
Bergop
De heuvels zijn al even interessant als het dal. Ten westen van het dal ligt de wijk Bairro Alto. Je kan de wijk te voet bereiken (verwacht je aan een pittige klim) of je kan de Ascensor da Gloria nemen, een tram die vertrekt aan het Praça dos Restauradores aan het beginpunt van de Avenida da Liberdade. Wandelen door de straatjes is een belevenis op zich en het uitzicht vanaf de Miradouro de Saõ Pedro de Alcântara is echt de moeite. Je hebt zicht op een groot deel van het centrum, de Avenida da Liberdade, de Taag en de heuvel aan de overkant die de wijk Alfama vormt. Naar beneden kan ook weer toe voet of je kan ook de wereldberoemde Elevador de Santa Justa nemen.
Op de andere heuvel ligt de wijk Alfama, de mooiste wijk van de stad vonden wij. De top kan je ook weer bereiken met een tram, maar te voet is zo veel leuker als je ook hier weer rekening houdt met pittige beklimmingen. De smalle straatjes zijn fenomenaal gezellig. De wijk ligt bezaaid met ongelooflijk charmante pleintjes waar je graag blijft plakken. Ook de uitzichten zijn enorm de moeite. Kortom, Alfama mag je echt niet missen.
Nog een wijk die absoluut het vermelden waard is: Belém. Hier vind je de beroemde Torre de Belém en kan je de Pasteis de Belém proeven. Ook deze wijk is de moeite waard. Ze ligt echter wat uit het centrum waardoor een tramrit aangewezen is.
Aan de oostzijde van het stadscentrum ligt de hypermoderne wijk Parque das Naçoes. Hier vond in 1998 de wereldtentoonstelling plaats. Heel wat paviljoenen van toen zijn nog te zien en te bezoeken, en er zijn er bijzondere bij. De Torre Vasco da Gama vormt het ankerpunt van de wijk. Van noord naar zuid kan je ook de kabelbaan nemen en van aan de kades heb je een mooi uitzicht op de Ponte Vasco da Gama, met zij 17 km lengte een van de langste van Europa.
Aan de overzijde van de Taag staat het standbeeld Cristo Rei. Niet dat het zo’n must is, maar we hadden tijd en dan steekt het toch een beetje de ogen uit. Aan Cais do Sodré namen we de boot die ons naar Cacilhas bracht, aan de overkant van de rivier. Van aan de ferrykade kan je het beeld al zien. Wij wandelden erheen langs het water, maar de afstand viel tegen. Gelukkig rijden er ook bussen, waar we dankbaar gebruik van gemaakt hebben bij de terugkeer. Het beeld zelf is wel eens leuk gezien te hebben, maar zo speciaal is het nu ook weer niet. Je kan er wel in en van bovenaf heb je een mooi uitzicht over Lissabon tot aan de Atlantische Oceaan. Als je dit wil doen, reken dan een halve dag.
Onze mening
Citytrips naar het zuiden gaan meestal naar Barcelona, Rome of Venetië. Lissabon wordt maar al te vaak over het hoofd gezien, geheel onterecht. Het is een prachtige stad zonder echt grote monumenten maar met ongelooflijk gezellige plekjes. Dwalen doorheen de smalle, steile straten is enorm leuk. Iedere keer opnieuw ontdek je plaatsen die de moeite waard zijn. Bovendien biedt de omgeving ook nog heel wat mogelijkheden die maken dat Lissabon de perfecte bestemming is voor wie van cultuur, wandelen en ontspannen houdt.
Ga hierover verder op
